TV: Nieuwslijn (19870520) – Interview Jaap van Meekren met Weduwe Rost van Tonningen – YouTube

In dit fragment (een interview van de weduwe van Rost van Tonningen afgenomen door presentator Jaap van Meekren) betoont de interviewer zich als een zeer irritante en vervelende man. Hoewel we het niet eens hoeven te zijn met alles wat de dame over bijvoorbeeld Hitler te zeggen had, viel Van Meekren haar regelmatig in de rede en liet haar niet uitpraten. En ook aan het waarheidsgehalte van wat de interviewer te zeggen had, mag worden betwijfeld.

Ebbe Rost van Tonningen: “In Niemandsland: de vader verloren, de moeder verstoten.”

Hier voor ons, hebben we het boek van Ebbe Rost van Tonningen liggen. De titel: “In niemandsland: de vader verloren, de moeder verstoten.” Dit werd in 2012 uitgegeven bij Uitgeverij Balans. De achterkant van het boek:

“Midden in de oorlog wordt Ebbe Rost van Tonningen geboren als zoon van bekende nsb’ers. In april 1945 vlucht zijn moeder met hem en zijn twee broertjes naar Duitsland, om in 1948 weer naar Nederland terug te keren. Ebbes vader, Meinoud Rost van Tonningen, komt in juni 1945 na ernstige mishandelingen om het leven in de Scheveningse strafgevangenis, waarvan de ware toedracht zestig jaar voor de familie verborgen werd gehouden. Ebbes moeder zal haar leven lang, tot haar dood in 2007, achter de nationaalsocialistische idealen blijven staan en vele malen als ‘de zwarte weduwe’ in de Nederlandse media verschijnen.

Hoe groei je op als de opvattingen thuis onverenigbaar zijn met de rest van de samenleving? Wat heb je voor leven als je steeds wordt geconfronteerd met de beladen naam van je ouders? Na een moeilijke jeugd besluit Ebbe als jongvolwassene zelf op onderzoek uit te gaan naar het verleden van zijn ouders. Het wordt een jarenlange speurtocht, waarbij hij tal van bekende Nederlanders en oud-nationaalsocialisten spreekt en tot verrassende ontdekkingen komt. Zijn politieke ambities worden geblokkeerd door de naam van zijn ouders. Vervolgens weet hij zijn reputatie te vestigen als gedreven maatschappelijk onder nemer.”

Florrie Heubel Rost van Tonningen & Jaap van Meekren: de Pensioenkwestie. 

Over het interview hierboven had Ebbe Rost van Tonningen er in zijn boek iets over te zeggen:

“In oktober 1986 verscheen in NRC Handelsblad een opmerkelijk artikel, een van de zeer vele over de pensioenkwestie, van Joop Wolff, oud-lid van de communistische cpn-fractie in de Tweede Kamer. Over minister van Buitenlandse Zaken Kees van Dijk schreef hij onder meer: ‘De minister stuurde een rapport dat als geheim werd aangeduid naar de commissieleden van de Tweede en Eerste Kamer, die het stuk slechts onder toeziend oog mogen lezen, maar die daarover niemand anders mogen informeren, ook andere Kamerleden niet! Welke uitzonderlijke geheimen moet een dergelijk rapport dan wel niet behelzen?’ En verderop: ‘De minister doet een “top secret”- sfeer ontstaan.’ Waarom die extreme geheimhouding, as er niets te verbergen valt? Daar moet wel iets aan de hand zijn wat niet in de openbaarheid mocht komen, was mijn conclusie.

In deze voor mij en mijn familie zeer hinderlijke media-aandacht kwam in november 1986 ook nog eens een opzienbarend tv-interview van Jaap van Meekren met mijn moeder, niet toevallig vlak voor een Kamerdebat over de pensioenkwestie. Van Meekren schreef hierover achteraf in zijn boek Herinneringen en interviews: ‘Het leek mij de plicht van een actualiteitenrubriek een steentje bij te dragen aan de discussie die al weken de media beheerste. Ik was mij ervan bewust mij in een wespennest te steken.’

Hij had naar Velp gebeld en mijn moeder over de streep getrokken voor een interview met de woorden: ‘We hebben nu zoveel over u gehoord maar u bent zelf nog niet aan het woord gekomen.’ Mijn moeder, bekend met de joodse achtergrond van Van Meekren, ging op zijn voorstel in. Voor mij een aanwijzing dat het met de anti-joodse houding van mijn moeder, voor zover ik die had meegemaakt, leek mee te vallen. De vriendelijke uitnodiging bleek echter misleidend voor de werkelijke bedoelingen van Van Meekren. Toen zij in de studio arriveerde wilde hij haar geen hand geven. Hij had de live-uitzending tot in de puntjes geregeld. Minder dan 10 procent van het interview ging over de pensioenkwestie.Hij beschuldigde haar man van landverraad, bracht de jodenvervolging in de oorlog en de verantwoordelijk van haar en haar man ter sprake en hield haar voor dat zij nog geen maand geleden was veroordeeld voor het verspreiden en het in voorraad hebben van voor joden beledigende lectuur.

Mijn moeder verweerde zich: ‘U kunt niet  zeggen dat de ene kant vreselijk geleden heeft en de andere kant helemaal niet.’ Zij noemde daarbij het voorbeeld van de bombardementen op Dresden van februari 1945. Van Meekren memoreerde dat haar man zelfmoord had gepleegd, de meest gevoelige snaar voor mijn moeder. Ik zat voor het tv-toestel met verbijstering te kijken. Dit interview zou toch over de pensioenkwestie haan? Ik moest direct terugdenken aan de huilbui van vvd’er Hans Wiegel, toen hem onder regie van Van Meekren een kritische vraag uit het publiek over weduwen- en wezenpensioenen werd gesteld, waarbij hij plotseling aan de dood van zijn vrouw was herinnerd. Zijn vrouw was het jaar daarvoor gestorven. Zou het de bedoeling zijn om mijn moeder te breken, om haar in een huilbui te laten uitbarsten, vroeg ik mij af. Maar mijn moeder bleek niet van haar stuk te brengen en volstond met te zeggen: ‘Dat spreek ik tegen.’ 

Van Meekren haalde ook nog haar zoons aan die zich van haar hadden gedistantieerd. Zo werden alle onderwerpen van stal gehaald die haar konden treffen. In zijn afsluitende deel van zijn interview, dat meer een keiharde aanklacht bleek te zijn, had Van Meekren nog een valkuil voor haar in petto en vroeg hoelang zij na de oorlog in kampen had gezeten. Toen mijn moeder haar verhaal verteld had, zei Van Meekren: ‘Mevrouw, u hebt de goegemeente jarenlang voorgelogen. U hebt geen vier jaar gezeten, geen anderhalf jaar, maar welgeteld vier weken, van juli tot augustus 1948, in een periode waarin van wantoestanden in de kampen geen sprake meer was.’ Hij sloot af, zonder dat mijn moeder een weerwoord kon geven met een overzicht van de wandaden van het Hitler-regime, waarvan zij, volgens hem, had geweigerd afstand te nemen. Zijn slotzinnen waren: ‘Misschien zijn uw uitlatingen van vanavond nog van belang voor het Kamerdebat van morgen. Ik wil het gesprek hier beëindigen.’

Van Meekren was na afloop zeer voldaan over en noemde het interview zelf een ‘requisitoir’ en een getuigenis. Er kwamen volgens Van Meekren duizend reacties binnen, waarvan 90 procent uitermate positief Toen hij in augustus 1997 was gestorven, vertelde een collega van hem dat hij de confrontatie met de ‘Zwarte Weduwe’ als een van de hoogtepunten van zijn loopbaan had beschouwd. Hij had er een week voor uitgetrokken om informatie te verzamelen en om te oefenen in rollenspellen.

Ik heb met pijnlijk getroffen gemoed naar dit tv-interview zitten kijken. Elk optreden voor de tv was voor mee een geestelijke marteling. Maar ook het optreden van Van Meekren wees ik af. Ik zat weer eens tussen twee vuren. Hij betichtte mijn moeder van onwaarheid over feiten van haar internering in kampen, dus over een periode die zich veertig jaar daarvoor had afgespeeld en op vragen waar zij niet op was voorbereid. Van Meekren had zelf de waarheid geweld aangedaan door te stellen dat zij slechts vier weken had gezeten. Want uit een door justitie opgenomen verhaal van februari 1950 bleek dat mijn moeder meerdere keren was opgepakt, uit Duitsland was ontvoerd en ernstige en  sadistische vernederingen heeft moeten ondergaan  en half dood was, voordat zij in 1948 vier weken in een kamp had gezeten. Haar totale gevangenschap was dan ook bepaald langer dan vier weken. Volgens mijn moeder had Van Meekren zich schuldig gemaakt aan ‘woordbreuk.’ ‘Ik heb nooit gezegd dat ik jaren heb vastgezeten’, zei ze.” Bron: Ebben Rost van Tonningen in zijn “In niemandsland: de vader verloren, de moeder verstoten” (Uitgeverij Balans) 2012, bladzijden 131-134 (nadruk toegevoegd)

Aanbod van “Holocaustontkenner” Ernst Zündel aan Joodse Organisaties. 

Vanaf 11:6 in de video zegt Van Meekren dat er toen pas weer een aanklacht tegen Florrie bij de officier van Justitie bij de rechtbank in Arnhem was ingediend “op drie gronden: U bent verantwoordelijk – opnieuw – voor het versturen van een verzendlijst met boeken waarin het Dagboek van Anne Frank een vervalsing wordt genoemd en de moord op zes miljoen een samenzwering; u hebt opgenomen in uw blad “Manuscripten van het Consortium De Levensboom” waarvan u de voorzitster bent; uitspraken van uw man of kompanen over fascistische en discriminerende uitlatingen over Joden en u hebt daadwerkelijk verspreid “The Great Holocaust Trial” waarin de moord op zes miljoen Joden wordt ontkend. De officier van Justitie onderzoekt die aanklacht op het ogenblik.” 

In dit door Van Meekren genoemde boek stond lang geleden de nu reeds enige tijd overleden Ernst Zündel terecht in Canada vanwege zijn “ontkenning” van de holocaust. Zündel werd het toen verweten “vals nieuws” betreffende de holocaust verspreid te hebben. Dit boek is tegenwoordig op het internet te vinden. Nu is er onder meer het volgende over Zündel in te lezen:

“Een grondige lezing van Zundels literatuur onthult een man die graag onenigheid in de gemeenschap wil vermijden, maar zich bewust is van de noodzaak van een revolutie in perceptie en bewustwording. Als een natuurlijk man in de Walter Darre-‘vorm’ streeft hij naar het balanceren van tegenstellingen, wat Jung ‘individuatie’ noemde. Om zijn evenwicht te bewaren, schreef hij herhaaldelijk aan Joodse leiders en groepen: 

“De Joodse etnische groep is niet onze tegenstander en we vormen geen enkele bedreiging voor de rechten, vrijheid en waardigheid van enig fatsoenlijk mens. Rechtvaardige Jood … ik begrijp niet waarom wij van de naoorlogse generaties ons zouden moeten gedragen alsof we in 1939 of 1944 leefden. Ik wil niet dat iemand van ons door het leven gaat, gebogen en gebukt onder onnodige last van haat en angst. Het is ongeneeslijk, zowel mentaal als fysiek, voor zowel Joden als Gerrmuis en het is destructief voor de gemeenschap als geheel… Het enige wat ik namens mijn etnische groep verzoek is een bijeenkomst van geesten waarin we kunnen streven naar opheldering van openstaande grieven, angsten en vijandigheden, waarvan vele – ik ben ervan overtuigd – berusten op zeer reële misverstanden.”

De oproep van Zundel, die een aanbod omvatte om voor Joodse groepen te spreken en hun vragen te beantwoorden, werd naar honderden rabbijnen en leiders van de Joodse gemeenschap in Canada gestuurd. Hij werd genegeerd en afgewezen.” Bron: archive.org/stream/MichaelHoffmanGreatHolocaustTrial/ (nadruk toegevoegd)

Wat Ernst Zündel dus wilde bereiken, is dat er een bijeenkomst/vergadering zou worden belegd tussen zowel hem als de leiders van Joodse organisaties in Canada om er zaken betreffende WWI te bespreken waarvan hij meende dat er vele van op misverstanden zouden berusten. Het enig wat hij dan ook wilde, was opheldering over die zaken te verkrijgen en wel samen met die leiders. De reactie van die organisaties: Zündel werd gewoon genegeerd en als er al een reactie van die leiders kwam, werd hij afgewezen. In plaats was het handiger voor die Joodse leiders om hem maar voor het gerecht te brengen. Het is goed dat we dit nu weten. En voor die irritante en vervelende Joodse interviewer, Jaap van Meekren genaamd, was het maar goed dat er in de tijd dat hij het interview van Rost van Tonningen afnam, er nog geen internet was….

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

%d bloggers liken dit:
close-alt close collapse comment ellipsis expand gallery heart lock menu next pinned previous reply search share star