De Mondkapjesplicht. Ook Winkels “Openbare Ruimten”? 2014: Kort Geding Media Markt vs CCCP Televiesie & KRO-NCRV. Artikel 365 van het Wetboek van Strafrecht.

Recent heeft het kabinet besloten dat de huidige lockdown weer eens wordt verlengd. Het grootste deel van de winkels die nu al enige tijd dicht zijn, blijven dit dan ook en wel tot 9 februari aanstaande. Dit vanwege een “Britse mutant” van het coronavirus (waar echter geen bewijzen voor zijn).

Ook Winkels “Openbare Ruimtes.”

Toen verschillende gelegenheden waaronder winkels, nog geopend waren, werden er daar mensen vanwege de geldende mondkapjesplicht op de bon geslingerd omdat die er op dat moment geen mondkapje ophadden. Het waren onder meer de Buitengewone Opsporingsambtenaren (BOA’s) die er die plicht handhaafden. We weten niet of zij er weinig of veel “overtreders” van de mondkapjesplicht op de bon hadden geslingerd. Dit zal echter ook wel in winkels het geval zijn geweest. Want ook winkels vallen onder het begrip “openbare ruimtes.”

2014: Uitspraak Voorzieningenrechter Inzake een Kort Geding tussen Media Markt en CCCP Televisie & KRO-NCRV.

Maar is het wel zo dat ook winkels onder het begrip “openbare ruimtes” vallen? Hiervoor moeten we terug naar 2014 toen er in dat jaar een kort geding plaats had tussen Media Markt aan de ene kant en CCCP Televisie en KRO-NCRV aan de andere kant. Onderwerp van dit kort geding: mensen van CCCP Televisie hadden, vermomd als medewerkers van Media Markt, cameraopnamen in winkels van Media Markt gemaakt. De laatste was hier niet van gediend en had hen dan ook voor het gerecht gedaagd. De Voorzieningenrechter die in deze zaak vonnis moest vellen, kwam met het volgende:

“Daarnaast was sprake van lokaalvredebreuk en overtreding van artikel 139f van het Wetboek van Strafrecht. (Sr) Het belang van CCCP en KRO om in het kader van een amusementsprogramma een televisie-esperiment uit te voeren staat niet in redelijke verhouding tot de onnodige en onrechtmatige schending van privacyrechten van medewerkers en klanten van Media Markt en de verstoring van de orde in winkels van Media Markt. Een winkel is geen openbare ruimte en klanten noch medewerkers” (van Media Markt-TN) “hoefden erop bedacht te zijn dat er in de winkels cameraopnames zouden worden gemaakt door personen die zich hadden vermomd als medewerkers, hetgeen bovendien misleidend is.” (“3. Het geschil” punt “3.2”)

En:

“De voorzieningenrechter oordeelt als volgt. De vrijheid van meningsuiting is een belangrijk grondrecht, dat – zoals CCCP terecht heeft gesteld – ook van toepassing is op een amusementsprogramma. Dit recht is echter niet onbeperkt, maar vindt haar begrenzing voor zover rechten van anderen in het geding zijn. In dit geval is dat het eigendoms- of gebruiksrecht van Media Markt van haar winkels. Anders dan CCCP heeft aangevoerd is de voorzieningenrechter van oordeel dat een winkel geen publieke ruimte is. Dat eenieder in beginsel de winkel binnen kan lopen maakt niet dat sprake is van een openbare ruimte.(“4. De beoordeling” punt “4.2” (vetdruk toegevoegd)

Dus: volgens de Voorzieningenrechter zijn ook winkels geen publieke/openbare ruimtes. Maar ook daar zullen BOA’s (en agenten) er ook de mondkapjesplicht hebben gehandhaafd. Ook daar zullen “overtreders” van die plicht wel zijn beboet met een hoge geldboete. En ook het personeel van die winkels die klanten erop gewezen zouden kunnen hebben dat het verplicht zou zijn er een mondkapje te dragen, heeft dit te goeder trouw en zonder enig kwade opzet, maar wel onterecht gedaan.

Artikel 365 Wetboek van Strafrecht.

Dan komen we in verband hiermee bij het Wetboek van Strafrecht. In Artikel 365 van dit Wetboek lezen we dit:

“Art. 365 Wetboek van Strafrecht. De ambtenaar die door misbruik van gezag iemand dwingt iets te doen, iets niet te doen of te dulden, wordt bestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste twee jaar of een geldboete van de vierde categorie.”

Nu is het zo dat er ambtenaren zoals BOA’s zijn, die hun gezag bij het handhaven van de mondkapjesplicht in winkels niet misbruikt zullen hebben. De boetes echter die zij er aan hen die er op dat moment geen mondkapje droegen hadden gegeven, zijn er dan wel in goed vertrouwen opgelegd. In die gevallen echter waar alsnog bewezen zou kunnen worden dat er van de kant van BOA’s inderdaad sprake was geweest van misbruik van gezag, dient dan alsnog Artikel 365 van het Wetboek van Strafrecht op hen te worden toegepast! In beide gevallen echter, dienen de boetes die er destijds zijn opgelegd, te worden teruggevorderd waarbij het geld aan de rechtmatige eigenaars dient te worden teruggegeven! Aangezien winkels volgens de Voorzieningenrechter geen “openbare ruimtes” zijn, was de handhaving van de mondkapjesplicht daar dan ook niet toegestaan. Die is er alleen maar van toepassing op “openbare ruimtes” zoals banken, gemeentehuizen en overige openbare instellingen.

Ton Nuiten – Donderdag 14 Januari 2012.

Bronnen: nl.podcast/factgurus/10427715/is-een-winkel-wel-geen-publieke-binnenruimte

uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBAMS:2014:5688 (zie daar “3. Het geschil” punt “3.2” en “4. De beoordeling” punt “4.2”)

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

%d bloggers liken dit:
close-alt close collapse comment ellipsis expand gallery heart lock menu next pinned previous reply search share star